zondag 8 januari 2012

Geduldige vaders en vloekende moeders

Eindelijk opnieuw een eigen computer. Eigenlijk is dit het zoveelste bewijs van hoe 'leeg' je leven wordt, zonder PC, hoe snel je zoiets mist. Nadat mijn laptop me voor de zoveelste keer in de steek liet (deze keer wel mét back-up, gelukkig) hield ik het voor bekeken. Áls hij ooit geformatteerd raakt, is hij sowieso voor manlief. Ja, zo gaat dat hier. Mijn meneer is tevreden met mijn afdankertje als het gaat over multimedia. Hij heeft dan ook tonnen geduld. In tegenstelling tot mezelf, waarbij een pagina laden echt niet langer dan enkele seconden mag duren, of ik hoef ze al niet meer te zien. (Wat de selectie in leuke kinder-webwinkels al een heel stuk makkelijker maakt natuurlijk.)

Met onze kids is dat eigenlijk niet anders. Ik heb een kort lontje en ga van zero naar overdrive in no time. Heel frustrerend, voor mezelf, mijn kids en mijn man. Zeker nu ons geduld eindeloos op de proef wordt gesteld door dochterlief. De 'ik ben twee en zeg nee-fase' is genadeloos aangebroken. Een week voor datum, zo rond oudjaar, begonnen we het te voelen en nu kunnen we er niet meer omheen. Eerst praatte ik het nog mooi en stak het op een oorontsteking, maar na een doosje druppeltjes in haar oren te kieperen, konden we het niet meer ontkennen. Roos is twee en zegt neen. Op alles. Op iedereen. Zelfs voor haar Moeki en Oma zet ze geen lief snoetje meer op. Alsof ze heel de tijd duidelijk wil stellen: IK ben er en je zal met me rekening houden. 
Gelijk heeft ze eigenlijk. Ze is er. En dat is maar goed ook. Hoe erg ik soms vloek (en geloof me, niet altijd binnensmonds...) op haar 'neen', even erg mis ik haar als ze niet bij me is. In het begin voelde ik me dan schuldig, na zo'n kleine 'ik-verlies-mijn-geduld-dametje'. Waarom maak ik me soms toch zo kwaad in haar? Waarom heb ik niet meer geduld? Sommige ouders blijven dan stralen met een gebeitelde glimlach. Ze lijken bijna selectief doof te zijn. Hóren ze het dan niet, denk ik dan? Dat irritante 'neen'-woord? Waarschijnlijk heb ik een filter te kort in mijn moeder-brein. De neen-filter. Mijn man heeft die overigens voor ons tweetjes. Hij is er zo een, zo een selectief dove papa. Hij kan geduldig -bijna zo dat ik er zenuwachtig van word,  ook dat nog eens- tegen haar blijven praten en doet gewoon wat moet, hoe erg ze ook tegenstribbelt. Of hij weet ze op sluwe wijze af te leiden. Ze loopt er dan zomaar in, in zijn sluwe plannetje, en doet precies wat hij wil. 
Stikjaloers ben ik dan. Ik wil dat ook, denk ik. Maar ik ben er te doorschijnend voor. Roos laat mij er in lopen in plaats van ik haar. 

Dan zie ik steeds Supernanny voor me. Hoe zou zij het oplossen, denk ik dan? Met stickertjes en een beloningssysteem natuurlijk! Hoe anders. Alsof onze kinderen even makkelijk te kneden zijn als die hondjes uit de hondenschool. Ruim je kamer op en je krijgt een sticker. Vijf stickers? Dan krijg je een kraal. Tien kralen maken een ketting! En als je niet oplet heb je binnen de kortste keren een hele juwelierszaak.
Voor Roos werkt zoiets niet, ze is redelijk consequent. Zegt ze 'neen', dan zegt ze dat niet alleen op "Ruim eens op!" maar ook op de sticker. Ze wil dan echt niets niets niets. Alleen op de grond liggen jammeren. 

We moeten dus maar verder op onze manier. Papa doet de afleidingsmanoeuvres en mama vloekt, al dan niet binnensmonds. Eigenlijk moeten we gewoon trots zijn op haar. We hebben een klein meisje in huis met een gigantisch eigen willetje. Wat wil je nu nog meer? Hopelijk gaat die peuterpubertijd dan toch nooit helemaal over... :)


Geen opmerkingen:

Een reactie posten